Vanaf 1 januari 2021 is de BIK geïntroduceerd: de Baangerelateerde Investeringskorting. De BIK is bedoeld om bedrijven te stimuleren investeringen te blijven doen. De BIK is een tijdelijke regeling voor de duur van twee jaar en loopt af op 31 december 2022.
Met de BIK kan een ondernemer de kosten van een investering in een nieuw bedrijfsmiddel verrekenen met verschuldigde loonheffingen. Hierop kan de ondernemer dan een korting toepassen, afhankelijk van het bedrag waarvoor de BIK is aangevraagd.
Een ondernemer kan maximaal 4 aanvragen per jaar doen binnen deze regeling. Voor alle aanvragen geldt een ondergrens van EUR 1.500,- per bedrijfsmiddel en EUR 20.000,- per aanvraag.
Bij grote investeringen in een jaar is de korting op de loonheffing tot € 5 miljoen 3,9%, daarboven 1,8%.
Bedrijfsmiddelen die onder deze regeling kunnen worden geschaard zijn bijvoorbeeld (bestel)auto’s, computersystemen en zonnepanelen.
Bedrijven die vennootschapsbelasting of inkomstenbelasting verschuldigd zijn en loonheffing voor personeel afdragen komen in aanmerking voor de BIK.
De ondernemer die de BIK aanvraagt, dient inhoudingsplichtige voor de loonheffingen te zijn.
De middelen die onder de BIK vallen, dienen nieuw aangeschafte bedrijfsmiddelen te zijn die bovendien binnen 6 maanden in gebruik worden genomen.
De regeling geldt voor investeringen in 2021 of 2022. Om van de regeling te kunnen profiteren moet de investeringsbeslissing zijn genomen na 1 oktober 2020. De volledige betaling van het bedrijfsmiddel moet plaatsvinden in 2021 of 2022.
Aanvragen van de Baangerelateerde Investeringskorting verloopt via RVO. De ondernemer vraagt via RVO een BIK-verklaring op en kan het bedrag dat daarin vermeld staat in mindering brengen op alle af te dragen loonheffingen in dit kalenderjaar. De BIK-verklaring mag alleen toegepast worden in het jaar van afgifte.
Aanvragen van een BIK-verklaring kan waarschijnlijk vanaf 1 september 2021. De behandeling van een aanvraag zal zo’n 12 weken duren. Eind 2021 zal ook gekeken worden of de percentages die op dit moment bekend zijn gemaakt, aangepast moeten worden.
In de BIK-verklaring staan de volgende zaken vermeld:
In een aantal gevallen kan RVO een boete opleggen of een correctie BIK-verklaring uitgeven, waardoor de ondernemer geld terug dient te betalen.
Mocht 1 van bovenstaande zaken het geval zijn, dan heeft de ondernemer een meldingsplicht. Wanneer dit tijdig gemeld wordt, kan RVO een correctie BIK-verklaring uitgeven. Wanneer de ondernemer zich hier niet aan houdt, dan kan RVO een bestuurlijke boete opleggen van maximaal EUR 2.500,-.
De ondernemer dient een administratie bij te houden waaruit blijkt welke investeringen er gedaan zijn waarvoor de BIK-verklaring is verkregen. Indien de ondernemer niet voldoet aan de gestelde voorwaarden, dan kan RVO een bestuurlijke boete opleggen van maximaal EUR 10.000,- of – wanneer dat meer is – 20% van het in de BIK-verklaring vastgelegde bedrag. Daarnaast zal RVO een correctie BIK-verklaring afgeven.
Een ondernemer kan de BIK aanvragen naast andere stimuleringsmaatregelen van de overheid, zoals de KIA (kleinschaligheidsinvesteringsaftrek), EIA (energie-investeringsaftrek), MIA (milieu-investeringsaftrek) en de VAMIL (willekeurige afschrijving milieubedrijfsmiddelen).
De voorwaarden voor de BIK zijn vergelijkbaar met de voorwaarden van de KIA. Zo komen bedrijfsmiddelen die zijn uitgesloten voor de KIA ook niet in aanmerking.
De voorwaarden en uitwerking van de BIK zijn op dit moment nog niet definitief vastgesteld. Zo moet er nog een uitspraak gedaan worden of de BIK al dan niet tot de totaalwinst van de onderneming wordt gerekend en of er dus wel of geen vennootschapsbelasting/ inkomstenbelasting van toepassing is.
Ook is het nog de vraag of de BIK niet in strijd is met Europees recht, omdat de BIK niet toegepast zou kunnen worden op investeringen in het buitenland.
Tot slot is het ook nog niet bekend wat er met de BIK-regeling gebeurt wanneer er wijzigingen in de fiscale eenheid plaatsvinden. Over deze zaken zal de komende tijd meer duidelijkheid komen.